Dans: Session - Colin Dunne & Eastman & Sidi Larbi Cherkaoui
- Karolien De Gendt
- 11 okt 2019
- 10 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 17 aug 2021
‘Session’ is de vrucht van een ontmoeting tussen de Ierse choreograaf Colin Dunne en Sidi Larbi Cherkaoui. Van de laatste kennen we de jarenlange bewondering voor de eerste, onder meer door Dunne’s vertolking als stepdance solist in Riverdance, en zijn liefde voor polyfone en volkse gezangen.
Doorheen een exploratie van klank gaan deze twee totaal verschillende performers op zoek naar wat hen bindt. Daarvoor baseren zij zich op de ritmische en akoestische aspecten van Dunne’s traditionele Ierse dans.
‘Session’ houdt het midden tussen een concert en een dansperformance: de grens tussen beweging en muziek, tussen kijken en luisteren is de inzet van hun spel, van gracieus tot absurd. In deze ‘sessie’ worden ze op de scène bijgestaan door componist Michael Gallen en musicus Soumik Datta.
Gallens muziek put uit een ware oceaan van muzikale en sonische bronnen. Zijn partituur maakt verbindingen tussen het melodisch excentrieke van percussie dans, timbrale geluiden en de ornamentatie van Ierse zang, genaamd ‘sean-nós’. Het resultaat is een uitgestrekte soundscape, waarin ook de tonen van piano en sarod weerklinken, naast electro-acoustics en polyfone zang.
(Eastman, 2019)

‘Session’ werd opgevoerd door Colin Dunne, Sidi Larbi Cherkaoui, Michael Gallen en Soumik Datta.
Sidi Larbi Cherkaoui
Cherkaoui is een Vlaams-Marokkaanse zanger en choreograaf en grote liefhebber van Coline Dunne. Hij studeerde aan het Hoger Instituut voor Dans en Danspedagogie te Antwerpen en aan P.A.R.T.S. in Brussel. Tijdens zijn studies hedendaagse dans werkte hij ook samen met hiphop- en moderne jazzdansgezelschappen. Hij werd drie keer uitgeroepen tot 'Choreograaf van het jaar' door het invloedrijke tijdschrift Tanz.
Hij was de allereerste winnaar van de UnitedHumans Award for Mutual Respect, een jaarlijkse prijs die wordt toegekend aan een persoon, vereniging of organisatie die wederzijds respect, oprechte vriendschap en gelijkwaardigheid toepast op een bijzondere en uitzonderlijke manier met een effectieve impact op de samenleving (2014).
Colin Dunne
Dunne is een Brits-Ierse danser en choreograaf, geboren in Birmingham. Deze danser in hart en nieren performt al sinds driejarige leeftijd en werd op zijn negende reeds eerste keer wereldkampioen. Hij groeide op in de Ierse volksdanstraditie en werd groot met Riverdance. Vanuit die techniek ontwikkelde hij moderne choreografieën.
Michael Gallen is een Ierse componist, schrijver en performer met talloze dans- en theatervoorstellingen op zijn palmares. Hij is leadzanger bij de Ierse band Ana Gog en pianist onder de naam Sudden Wells. Daarnaast is hij artistiek directeur van het opera- en muziektheaterbedrijf STRAYMAKER.
Soumik Datta
Soumik Datta is een musicus, componist, televisiepresentator en virtuoos sarod-speler. Hij is geboren in India en opgegroeid in Londen en wordt beschouwd als een van de grootste muzikale talenten in Groot-Brittannië. Hij verbindt Indische invloeden met progressieve geluiden en vormt zo een brug tussen traditionele en hedendaagse muziek.
In 2019 presenteerde Soumik de serie ‘Rhythms of India’ voor BBC4, waarvoor hij veel bijval oogstte. Hij ontmoet en performt er met klassieke folk- en popmuzikanten en gaat via die muziek op zoek naar de fundamenten van de rijke en diverse Indische cultuur.
Idee van de samenwerking
Als 17-jarige verdiepte Cherkaoui zich in uiteenlopende dansstijlen. Hij was gefascineerd door de video’s van Colin Dunne, het boegbeeld van de Ierse Riverdance, met haar razendsnelle voetenwerk. Toen ze elkaar jaren later ontmoetten, ontstond het plan voor een samenwerking.
Net als Cherkaoui weet Dunne verschillende invloeden in zijn werk naadloos te verbinden, met name Ierse volksdansen en hedendaagse dans, die hij beiden voortreffelijk beheerst.
Vooraf
Vooraleer ik de voorstelling had gezien, gaf de titel ‘Session’ mij niet meteen een duidelijk beeld over de productie. Het leek voor mij een soort ‘project’ te zijn dat niet af is, waar eindeloos aan gesleuteld kan worden, met vrijheid voor ingevingen van het moment.
Achteraf gezien klopt dit idee wel in die zin dat het een soort van jamsessie bleek te zijn tussen vier vrienden die elkaars vaardigheden leren. De rollen werden regelmatig omgedraaid. De dansers musiceerden en de muzikanten dansten.
Eerste indruk
Ik ging naar deze voorstelling met het idee verrast te worden, iets vernieuwends te zien en dat verzoek werd al bij aanvang van de show ingewilligd. Het begon met polyfone zang van de vier performers, gevolgd door Cherkaoui die soepele zwaaibewegingen maakte met zijn been, met op de achtergrond piano- en gitaarmuziek. Ik moet toegeven, het zag er wat vreemd uit.

De opstelling van het podium was eerder sober en sereen. Vooraan op het podium (vóór het doek dat soms dichtging en dan weer open) werd gewerkt met blauw licht dat ingezoomd werd als een cirkel rond de performer die op dat moment bezig was. Aan het begin van de voorstelling was het doek dicht en scheen het blauwe ronde licht op de vier performers die meerstemmig begonnen te zingen.
Aan de rechterkant stond een theremin. Dit instrument had ik voorheen wel al eens bij andere optredens gehoord, maar dan werd het meer als achtergrond gebruikt waarbij het opging in het geheel. Bij deze performance werd er met het instrument geëxperimenteerd en trad het op de voorgrond. Cherkaoui heeft er zowaar op gedanst. Ik wil de theremin ooit zelf wel eens uitproberen, het lijkt me een heel leuk instrument waar je naar hartelust mee kan experimenteren. Wanneer het doek openging en het podium achteraan verscheen, zag je een zwart verhoogd rechthoekig podium waarop achtereenvolgens deze instrumenten stonden: een sarod, een vibrafoon en twee piano’s. Ook stond er een computer en later merkte ik op dat er tevens op een melodica werd gespeeld.

Helemaal vooraan het podium (nog vóór het doek, dat afhankelijk van wat er zich afspeelde, open of dicht was), stonden allemaal micro’s, als versterker voor allerlei geluiden (van stil tot luid) die zich vooraan afspeelden (zang, geklap van handen, bewegingen in de rode zetel,…). Juist achter het zwarte rechthoekige podium hingen verticale langwerpige houten balken. Via de belichting ontstonden daardoor schaduwen in die balken, wat zorgde voor een mooi effect. Voorts werd gebruik gemaakt van een soort langwerpige mat waarop tapdans werd gedemonstreerd en bij een bepaald stuk werd er een bordeaux zetel naar voren gebracht (net voor de micro’s, dus voor het (dichte) doek.

Op een bepaald moment haalden de performers er ook een vierkante tafel bij en drie bureaustoelen. Dunne ging op de tafel staan en tapdanste erop, terwijl de drie andere performers op de stoelen zaten rond de tafel. Zij klopten ritmisch met hun handen op de tafel en er ontstond een ritmisch geluidsspektakel tussen Dunne en de andere drie performers. Leuk om naar te kijken!
De voorstelling vond plaats in de prachtige Bourlaschouwburg. Tijdens de polyfone zangmomenten, wendde ik mijn blik soms af om de mooie zaal te aanschouwen.
Machtsstrijd tussen muziek en dans
Wat als een lijn wordt doorgetrokken tijdens de hele show is een soort van machtsspel van aantrekken, afstoten en elkaar uitdagen, wat op sommige momenten wel erg grappig was. Dit spelelement zag je bijvoorbeeld ook toen Cherkaoui op de theremin speelde: met behulp van zijn handen bewoog hij ‘al dansend’ terwijl hij deze theremin bespeelde. Moeilijk in woorden te vatten.

Op een bepaald moment in de zetel speelt Cherkaoui het machtsspel verder met Dunne, aan de hand van arm-, hand- en beenbewegingen. Bij deze laatste kwam er precies ook een soort verborgen liefdesspel naar boven. Hij leek te willen tonen dat we onze impulsen, onze driften soms (vaak?) proberen te onderdrukken. Toch zal dat diepe verlangen op bepaalde momenten steeds – en vaak sterker - naar boven komen drijven. Om het geluk te vinden, kunnen we er dus maar beter aan toegeven.
Toen Dunne tapdanste op een soort rechthoekig ‘tapijt’, weerklonk er een echo, in samenspel met piano. Op een gegeven moment haalt Cherkaoui dat ‘tapijt’ weg van onder zijn voeten. Ook daar weer die machtsstrijd waarin ze elkaar uitdagen.
Doorheen de vele voorstelling wordt er een spel gespeeld tussen muziek en dans, waarbij de ene op de andere reageert.
Van therapeutische sessie naar gewrichtsmanipulatie bij de osteopaat
Toen Cherkaoui in de zetel lag en Colin Dunne ernaast zat op een stoel, werd een heel typische voorstelling uitgebeeld van therapie door vrije associatie, waarbij Cherkaoui in de zetel de juiste positie trachtte te vinden en er steeds uitviel. Dit verliep overigens met heel soepele bewegingen en overgangen. Het was overduidelijk dat het hierover ging omdat het op de meest stereotype manier werd gevisualiseerd. Bovendien stelt Colin Dunne tijdens dit stuk vragen in het Engels (zoals, “How do you feel”?) aan Cherkaoui die in de zetel zat en lag. Cherkaoui gaf steeds antwoord door uitbeelding met zijn handen, armen en benen via uiterst soepele bewegingen, waarop Dunne probeerde te verwoorden wat Cherkaoui bedoelde. Dat leverde de nodige humor op.
Daarna ging Dunne over tot het uitbeelden van een osteopaat, waarbij Cherkaoui de patiënt was. Vooral het ‘kraken’ van de verschillende ledematen en de nek kwam daar uitvoerig aan bod. Heel grappig stuk.
Opstelling
Er was een denkbeeldige compositielijn, in het midden (meer naar voren toe) van het podium waar het doek op sommige momenten open of dicht ging. Deze compositielijn deelde het podium op in twee delen.
In het deel vóór het doek werd gezongen, getapdanst en het was de plaats waar specifieke acts (zoals die met de zetel en die met de tafel en stoelen) plaatsvonden. De theremin stond ook vóór het doek, maar dan aan de rechterkant. De belichting die vooraan werd gebruikt was altijd koeler, blauw licht.
Het tweede deel van het podium bevond zich achter het doek. Daar stonden de instrumenten (buiten de theremin) en werd de muziek gespeeld. Wanneer de muziek begon te spelen, ging het doek open en lichtte een warm licht op, op de muzikanten. Daarbij werd gebruik gemaakt van geometrische, abstracte vormen: vierkanten en rechthoeken.

Koele sobere kleuren, afgewisseld met warme, zachte kleuren
Wanneer het podiumdoek openging en de voorstelling voornamelijk manifesteerde achteraan op het podium bij de muzikanten, kwamen er warme kleuren naar voren. Bij het spel vóór het doek ging het om koelere kleuren. De bordeaux zetel die er een tijdje aanwezig was, stond dan in contrast met de koude felle blauwe kleur.
De bedoeling van de koelere kleuren vóór het doek was mijns inziens om het zo eenvoudig en sober mogelijk te laten ogen. De muziekinstrumenten deden op die momenten niet mee en er werd toen met kleine, opvallende geluiden gewerkt (gekrab op hoofd, handengeklap, voetenwerk,…). Het enige instrument wat daarbij wel soms kwam kijken was de theremin.
De kleuren pasten goed bij de voorstelling en zorgden voor een juist contrast.
Hoor de speld vallen…
De sfeer was rustig, sober. Er waren niet weinig momenten waarop er een grote stilte heerste in het prachtige gebouw en je enkel minieme geluiden kon horen, van bijvoorbeeld een hand dat op een tafel klopt, een been dat over de zetel glijdt, voeten die op de grond tikken,…
De zangers en dansers bewogen zich steeds vooraan of in het midden van het podium. De muzikanten speelden achteraan het podium. Er werd gebruik gemaakt van de hele breedte van het podium.
De compositie was zowel statisch als dynamisch. Statisch omdat er heel duidelijk omlijnde plekjes waren wie wat waar doet. Dynamisch omdat de performers stuk voor stuk verschillende rollen op zich namen en zich daarom ook juist continu verplaatsten op het podium. Dit verliep overigens allemaal heel subtiel en rustig. Bovendien werd soms de hele breedte van het podium ingenomen wanneer er werd gedanst. Op andere momenten gebruikt men juist heel bewust een klein stukje van het podium.
Op zoek naar rust
De rode draad doorheen de hele voorstelling is voor mij dat we in de huidige maatschappij moeilijk rust vinden in ons hoofd. We zijn altijd druk bezig en lopen onszelf voorbij, terwijl we wel verlangen naar die rust en stilte, maar we slagen er maar niet in die te bereiken. We willen alles doen en overal tegelijk zijn en brengen graag tijd door bij andere mensen, maar tegelijkertijd hebben we nood aan momenten puur voor onszelf.
Dit valt goed op wanneer Dunne en Cherkaoui samen in de zetel zitten. De ene zoekt toenadering tot de andere, de andere trekt weg en zo gaat het een tijdje door. Het is moeilijk onder woorden te brengen hoe ze dit doen, maar ze maken hier gebruik van de hele zetel, armen, handen en benen.
Wanneer er werd gezongen, waren het voornamelijk klanken, maar toch kwam er soms ook beperkte tekst in. In het vierstemmig lied op het einde zongen ze onder meer ‘What’s that noice in your head’. Ook weer het zoeken naar die rust.
Er wordt kritiek geoogst op de maatschappij waarin we elkaar voorbijlopen. We moeten ons meer focussen op wat echt belangrijk is. Zinvolle relaties aangaan met anderen en zorgen voor jezelf, om zo rust te creëren.
Eén met de natuur
Op een bepaald moment in de ‘therapiezetel’ beeldt Cherkaoui ook de aarde uit en de mensen. Daarbij duidt hij volgens mij op de klimaatproblematiek. In die zin dat de mensen zich er over het algemeen nog niet voldoende bewust van zijn en er meer maatregelen moeten komen om een gunstiger klimaat te creëren.
Beklijvend
Omdat de voorstelling in mijn ogen alternatief was, opgebouwd op een manier die ik niet verwachtte, begon ik achteraf automatisch na te denken over wat ik had gezien. Tijdens de voorstelling onderging ik het hele spel, maar daarna (de uren en dagen die erop volgden) begon ik het automatisch te analyseren en bepaalde zaken die ik had gezien in verband te brengen met dagdagelijkse dingen.
De voorstelling is bij momenten humoristisch, zoals bij het spel tussen Dunne en Cherkaoui in de zetel. Of wanneer Cherkaoui met de theremin speelt. In de polyfone zang merkte ik dan weer een eerder grijze, grauwe ondertoon. De oproep om even stil te staan bij het leven hier en nu.
Ik vond de voorstelling aan de ene kant soms te simplistisch, eentonig en langdradig (eenvoudig handenwerk, alsook vaak dezelfde bewegingen met handen en armen), maar al bij al was het geheel wel mooi om naar te kijken. Het meest bewonderenswaardige vond ik de soepelheid waarmee danser Cherkaoui zijn handen en voeten gebruikte. Vooral in combinatie met de mooie muziek was dat knap en rustgevend.
Het is duidelijk dat het stuk voor stuk knappe artiesten zijn die allen bewondering voor elkaar hebben en met dit project hun grenzen wilden verleggen door elkaars talenten te delen en uit te proberen. Ik denk mede door die wisselende rollen dat in mijn ogen niet alles overkwam als uiterst professioneel en origineel.
Ik had dus wel ergens een gevoel van ‘schoenmaker blijf bij je leest’. Maar ik begrijp wel het uitgangspunt en denk dat het voor zulke artiesten met heel specifiek uitgelezen talenten leuk is om andere horizonten te verkennen. Ik begrijp hun motivatie om samen een project naar voren te brengen en ze zijn erin geslaagd heldere boodschappen over te brengen.
Ook vond ik het geheel van klanken, zang, dans en beweging knap in elkaar gestoken. Het was in essentie een dansvoorstelling, maar het was zoveel meer. Ierse volksdans werd gecombineerd met hedendaagse dans, gekoppeld aan uiteenlopende speciale geluiden, een waar ‘klankenbad’.
De informatie die ik op voorhand las kwam overeen met mijn indrukken. Het was even ‘alternatief’ dan wat ik had verwacht. Ik had het misschien wel wat beter verwacht, nog verfrissender. Na de beschrijving van de productie aan de hand van deze voorstellingskijkwijzer is mijn mening niet veranderd. Wel ben ik hierdoor dieper gaan nadenken over de voorstelling en zie ik er meer boodschappen in. Zonder deze reflectie zou ik niet tot bepaalde inzichten of bedenkingen zijn gekomen die werden gevisualiseerd.
Ticket:
Comments